Het leven op onze planeet doet zich voor in een indrukwekkende verscheidenheid. Variatie blijkt troef. Dat wordt helder weergegeven in het jonge, maar populaire woord ‘biodiversiteit’. Maar het leven op Aarde blijkt in slechte papieren te zitten. Het succes van onze eigen soort Homo sapiens vertaalt zich in verlies voor vele andere soorten. Andere soorten reizen met de mens mee en zorgen voor hinder wanneer ze voet aan wal krijgen buiten hun natuurlijk leefgebied. Wetenschappelijke analyses schetsen een somber beeld voor flora en fauna. Klimaatverandering zorgt voor extra druk op de spreekwoordelijke ketel. Vele soorten en levensgemeenschappen zijn al verdwenen, of op weg dat te doen.
Hoe erg is dat? Hoe afhankelijk zijn wij van al die biologische rijkdommen? Moeder Natuur is toch onuitputtelijk en vindt altijd weer nieuwe oplossingen, toch? De jongste jaren groeiden onze inzichten over de natuur als enorm dienstencentrum voor onze landbouw, industrie, wetenschap, en niet in het minst onze fysieke en mentale gezondheid. Natuur blijkt dan plots meer met economie te maken dan vaak wordt gedacht.
Tijdens deze voordracht wordt een balans opgemaakt van het leven zoals het echt is: biodiversiteit. We gaan in op de problemen en bieden perspectieven voor nieuwe omgangsvormen met het leven waarvan we zelf deel uit maken.
Hans Van Dyck, bekend van o.a. radio1-praatjes, columns in MO*en artikels in De Standaard Wetenschap, beklemtoonde in zijn uiteenzetting de grote noodzaak van biodiversiteit op onze planeet. Een wake-up call aan ieder die met Moeder Natuur begaan is. Onze menselijke activiteit heeft een enorme impact op het leven op aarde en is verantwoordelijk voor het uitsterven, het verdwijnen van soorten en populaties. Te vaak springen we onverschillig om met – door ons niet altijd op te merken – diversiteit en het belang ervan. Een boeiende voordracht, die beslist wat langer had mogen duren dan een klein anderhalf uurtje. Dat had zeker te maken met de prachtige visuele content van de presentatie en de vertelstijl van de spreker.
Hans Van Dyck (°1970) is gewoon hoogleraar gedragsbiologie aan de Universiteit van Louvain-la-Neuve (UCL). Hij leidt daar de onderzoeksgroep gedragsecologie en natuurbehoud en tracht vooral te begrijpen waarom sommige soorten succesvol zijn in een landschap op mensenmaat, terwijl vele andere soorten uitgerekend in nesten zitten. Hij doceert o.a. gedragsecologie, landschapsecologie, entomologie (leer van de insecten) en natuurbeheer en is momenteel ook hoofd van de opleiding biologie aan deze universiteit. Hij is vaak spreker op wetenschappelijke bijeenkomsten in binnen- en buitenland, maar treedt ook regelmatig op voor het brede publiek en in de media. [bron: Marc Declercq – VAM-bestuur]