‘De financiële gezondheid van grote Amerikaanse bedrijven heeft wel indirect, verre links naar de economische kant van het leven van iedereen. Toch wordt de kwaliteit en het karakter van het dagelijks leven sterk beïnvloed door een groot aantal zaken die door de financiële data niet worden herkend, bijvoorbeeld, je gezondheid, het uitzicht vanuit je raam, de kwaliteit van je relatie, de hoeveelheid tijd die je hebt om te besteden aan woon-werkverkeer, de relatie die je hebt met de buren, de staat van je ambities, je mate van afgunst, hoe het je kinderen vergaat. Deze kunnen inderdaad belangrijker zijn bij het bepalen van ‘hoe het gaat’ dan de Dow Index’, zo stelt Alain de Botton terecht in de inleiding van zijn Utopia-reeks in The Philosophers’ Mail.
The financial health of major US companies does have indirect, distant links to the economic side of everyone’s life. Yet the quality and character of daily life is powerfully affected by a great many things which the financial data does not recognise, for example, your health, the view from your window, the quality of your relationship, the amount of time you have to spend commuting, the connections you have with the neighbours, the state of your ambitions, your degree of envy, how your kids are doing. These may, indeed, be rather more important in determining ‘how things are going’ than the Dow Index. [Utopia series: how Capitalism should be reformed | Philosophers’ Mail.]
Zijn stellingen:
- In the Utopia, we’d spend less time thinking about the Dow Jones.
- In the Utopia, we wouldn’t just care about unemployment, we’d also worry about misemployment.
- In the Utopia, we wouldn’t just blame big evil corporations for everything.
- In the Utopia, we’d work for companies we’d be proud to live and die for.
- In the Utopia, we wouldn’t loathe the rich or try to tax them more; we’d give them honour and status.
- In the Utopia, businesses wouldn’t just satisfy our bodies, they’d take care of our souls.
En wie denkt, ja, ja, utopiekletskoek. Hier-en-nu bestaan de problemen. Aan die lezers zegt hij: ‘Een idee ‘utopisch’ noemen, is normaal gesproken een manier om te zeggen dat je luchtkastelen bouwt en dus niet de moeite waard er aandacht aan te besteden. Verre van. Door de eeuwen heen hebben een aantal filosofen een aantal zeer uitdagende en interessante utopieën voorgestaan, die ideale regelingen beschreven van alles, van school, religie, overheid tot vakantie. Utopische ideeën zijn niet bedoeld om onmiddellijk praktisch te zijn. Dat is precies de reden waarom ze zo handig zijn: ze kijken verder dan de problemen van het hier-en-nu en bieden ons een grootsere visie op wat er is om naar te streven.’