Zin en onzin van de gevaren van kernenergie | prof. dr. Nathal Severijns | VAM*****

Het debat rond kernenergie in ons land woedt al enige tijd en is onlosmakelijk verbonden met de politieke keuzes die dienen gemaakt om de elektriciteitsvoorziening te garanderen. Daarom nodigde de Vlaamse Academici Mechelen prof. dr. Nathal Severijns uit om zijn visie te geven over een aantal aannames in verband met kernenergie.

In een helder gestructureerde en gedocumenteerde presentatie had prof. Severijns het over 1. Atomen en atoomkernen 2. Energie uit atoomkernen 3. Soorten ioniserende straling 4. Belgische kerncentrales 5. Veiligheid – Fukushima/ Tsjernobyl 6. Kernafval 7. Kernfusie 8. Bedenkingen bij het Belgische elektriciteitsvraagstuk.

De principes van de huidige vorm van kernenergie (kernsplijting) en van kernfusie werden ons op een fascinerende didactisch-wetenschappelijke wijze uiteengezet. De spreker ging uitvoerig in op de voor- en nadelen van kernenergie, alsook op de mogelijke gevaren. In het hoofdstuk dat handelde over de soorten straling en de stralingsdosissen die ziekten kunnen veroorzaken of veroorzaakten in het verleden, plaatste hij de zaken in een verduidelijkend perspectief. Via een vergelijkende analyse van veiligheidsvoorzieningen van de reactoren van Fukushima en Tsjernobyl met de Belgische in Doel en Tihange wist hij zijn publiek te overtuigen van de hoge voorzorgsmaatregelen die België treft. De problematiek van de ‘scheurtjes’ in de stalen reactorvaten, hot issue in de media vandaag, kwam eveneens uitvoerig aan bod, en wel zonder stemmingmakerij. De reële veiligheidsdreiging komt echter uit een andere hoek.

Het kernafvalprobleem en zijn technologische oplossing, waaraan in ons land ook voortdurend gewerkt wordt – het Accelerator Driven System van het MYRRHA-project – zal uiteindelijk in staat zijn om de afbraakperiode van kernafval van 3000 jaar naar 300 jaar terug te brengen, aldus prof. Severijns.

De mogelijkheden van kernfusie als lange-termijn energiebron, zowel ‘warme’ als ‘koude’  kernfusie, bieden volgens de professor een hoopgevend perspectief op de toekomstige energievoorziening. Het publiek kreeg daarbij een prachtig videobeeld te zien van kernfusie – slechts een fractie van een seconde – in een reactor.

Ten slotte nam prof. Severijns de huidige problematiek van energievoorziening in ons land onder de loep en formuleerde onomwonden zijn kritische bedenkingen: te weinig of zelfs geen beleid, zo klonk het. We kunnen 50 procent van onze elektriciteit tegen 2025 niet vervangen. Er werd te weinig aan alternatieven gedacht in het verleden. We moeten kunnen blijven voldoen aan de vraag en die moet voor iedereen betaalbaar blijven. We moeten rekening houden met veiligheid en CO2 en waar mogelijk op hernieuwbare bronnen omschakelen. Maar de subsidiëring van de zonnepanelen lag veel te hoog, het windmolenpark op zee evolueert te traag. Overigens moet de overheid durven investeren in betere technologie op dit vlak. Niet de hoeveelheid wel de kwaliteit van de molens is belangrijk. En we moeten realistisch blijven, in ons land is wind- en zonne-energie niet constant beschikbaar dus 100 procent zoals in noordelijkere landen, halen we hier nooit. Maximaal 20 tot 30 procent. Ook gas- en stroomcentrales zijn geen volwaardig alternatief. Een kernuitstap vindt hij helemaal niet slim en nieuwe veilige centrales zijn duur, kosten 2 tot 3 miljard euro.

Hoe ziet hij dan de energievoorziening en – verdeling in de 21ste eeuw? Op middellange termijn: 1/3 hernieuwbare energie, 1/3 nieuwe kernreactoren, ADS-kernafvalverwerking 1∼4 gewone reactoren, 1/3 STEG-centrales. Op lange termijn moeten we naar een CO2-vrije productie met zowel hernieuwbare als kernenergie.

De voordracht bracht visie en inzicht en werd door het publiek op een zeer warm applaus onthaald.

NathalNathal Severijns doceert experimentele kern-  en deeltjesfysica.  Hij doet research in internationaal verband,  aan meerdere onderzoeksinstellingen  o.a. het CERN in Genève. Nathal Severijns is verantwoordelijk voor de masteropeiding medische stralingsfysica aan de universiteit. Hij  is  tevens het aansprekingspunt voor pers en communicatie in verband met ioniserende straling, radioactiviteit en kernenergie voor KULeuven.

Los enamoramientos – De verliefden – Javier Marías *****

downloadJavier MaríasLos enamoramientos (2011)De verliefden (2012), 368 blz. vertaald uit het Spaans door Aline Glastra van Loon voor Meulenhoff, werpt een zeer persoonlijk licht op liefde, misdaad en dood en dat in een stijl die de lezer op sleeptouw neemt : een vlotte, makkelijk leesbare gedachtegang ondanks de lengte van de zinnen. Quotes en dialogen worden tussen aanhalingstekens geplaatst, gedachten ontwikkelen en herhalen zich als motieven in een muziekstuk. Het einde van een hoofdstuk wordt voortgezet in een volgende alsof er geen nieuw hoofdstuk had hoeven te zijn. Alles één vloeiende bewustzijnsstroom waarin geobserveerd, geanalyseerd en gespeculeerd wordt over de gebeurtenissen: de straffeloosheid of zo men wil de anonimiteit van de misdaad en haar mogelijke motieven. De roman werd door de krant El Pais uitgeroepen tot beste boek van het jaar 2011.

Enkele recensenten:

  • De verliefden is een uitstekende roman, die met een iets doortastender optreden van de uitgeefredacteur een literair meesterwerk was geworden. Al is het vermoedelijk geen sinecure om op te tornen tegen een schrijver van het kaliber van Marías. Net als die van de fictieve schrijver Garay Fontina in De verliefden, prijkt ook Marías’ naam al een aantal jaar boven aan het lijstje van kanshebbers op de Nobelprijs Literatuur. In zijn roman laat hij Garay Fontina zeggen: ‘Ik heb al in het Zweeds uit mijn hoofd geleerd wat ik tegen Carl Gustaf zal zeggen tijdens de ceremonie. Ik zal hem eens flink de oren wassen, zoiets heftigs zal hij nog nooit hebben gehoord, en dan nog wel in zijn eigen taal die niemand leert.’ – Knack – 18/06/2012
  • De roman bevat de herkenbare, verzorgde lange sliertzinnen waarin het weifelende bewustzijn van de personages wordt ontrafeld. En de humor ontbreekt nooit. De vertelster is pr-vrouw bij een literaire uitgever. De eigenzinnige en egoïstische schrijvers worden heel mooi in hun hemd gezet. De pessimistische toon klinkt vooral in de passages waarin Marías schrijft over de straffeloosheid van misdaden en de onverschilligheid waarmee de westerse mens zijn rechtvaardigheidsgevoel tot zijn eigen leven beperkt. Het zijn weinig opwekkende gedachten. Maar ‘De verliefden’ is zeker een knappe en fascinerende roman door één van de interessantste hedendaagse auteurs. – cobra.be – 14/06/2012
  • The classical themes of love, death and fate are explored with elegant intelligence by Marías in what is perhaps his best novel so far. The story’s literary underpinnings are Macbeth (as is usual in Marías), Balzac’s Colonel Chabert and, more surprisingly, Dumas’s The Three Musketeers, all glossed by Díaz Varela, who paternalistically instructs Dolz on the importance these three books have for him. Central to Marías’s novel is Balzac’s colonel, a man supposed dead who returns among the living, much like the dead Desverne returns to haunt the minds of the survivors. Over this literary chorus echoes a grisly observation quoted by Díaz Varela from the Musketeer saga: “A murder, nothing more.” For Dolz, the banality of murder implied in Dumas’s words becomes translated as murder’s monstrous immutability. “A thief can give back the thing he stole, a slanderer can acknowledge his calumny,” Dolz thinks to herself. “The trouble with murder is that it’s always too late and you cannot restore to the world the person you killed.” She adds: “And if, as they say, there is no forgiveness, then, whenever necessary, you must continue along the road taken.” Except that, eventually, the murderer will no longer think of his crime “as a monstrous exception or a tragic mistake, but, rather, as another resource that life offers to the boldest and toughest.” He will feel as if he has simply inherited the terrible action, or won it at a raffle “from which no one is exempt”. And this feeling will lead him to believe “that he didn’t wholly commit those acts, or not at least alone”. In these extraordinary words, Marías has defined the ethos of our time. The Guardian – 01/03/2013
  • De samenvatting van ‘De verliefden’, de jongste roman van Javier Marías, leest misschien als een thriller, maar wie spannende strandliteratuur verwacht, zal teleurgesteld zijn. Het verhaal van de jonge María is een trage, gedetailleerde en filosofische uiteenzetting over verliefdheid en moord. Actie en spanning zijn in dit verhaal ver te zoeken, en toch weet Marías met alleen de gesprekken van zijn personages te boeien. – Cutting Edge – 14/07/2013
  • Marías discovered his analytical and digressive style with his 1986 novel “The Man of Feeling.” The consistency of the style in the novels he has written since then, as well as the similarity of tone between his first-person narrators, and the countless connections between those books, means there is a high degree of unity to his later work. For established fans, “The Infatuations” will be another welcome shipment of Marías; for new readers it is as good a place to start as any. Whatever else we may think is going on when we read, we are choosing to spend time in an author’s company. In Javier Marías’s case this is a good decision; his mind is insightful, witty, sometimes startling, sometimes hilarious, and always intelligent. – The New York Times – 08/08/2013

Artefact – You must change your life – STUK – Leuven ****

Artefact is een kunstenfestival waar (beeld) cultuur, actualiteit en wetenschappelijke uitdagingen centraal staan. Het loopt van 11/02 tot en met 22/02/2015 op verschillende plaatsen in Leuven.

‘Het thema You Must Change Your Life verwijst naar het gelijknamige boek van de Duitse filosoof Peter Sloterdijk. Daarin wijst hij ons op de ethiek van het mens-zijn. De mens neemt geen genoegen met het leven zoals het hem gegeven is. Hij oefent zich voortdurend om het te veranderen. Sloterdijk ziet de mens als een acrobatisch wezen dat door zijn antropotechnische kwaliteiten (=de techniek van het mens-zijn) tot bovenmenselijke handelingen in staat is. Hij balanceert voortdurend tussen vallen en opstaan en tracht door rituelen, oefening en training zijn natuurlijke conditie te overstijgen. Sloterdijk ziet in dat oefenen een manier om de ‘immuniteit’ aan te scherpen: gevaren van buitenaf kunnen daadwerkelijk worden afgeweerd.’

DSC01637

Sloterdijk haalde de titel van zijn boek uit het gedicht Archaïsche Torso van Rainer Maria Rilke. Deze schreef het gedicht toen hij in het Louvre een sculptuur zag van een torso van Apollo. Het beeld is onafgewerkt en gedeeltelijk verweerd. Voor Rilke zijn juist die kenmerken een bevestiging van het feit dat het beeld ‘echt’ is. Niet de sculptuur ‘an sich’ is belangrijk maar wel wat het uitstraalt. In de laatste strofe van het gedicht lijkt het beeld hem aan te spreken en te sommeren om zijn leven te veranderen. Rilke komt tot inzicht dat het ‘echte’ ingekapseld zit in het ongedefinieerde en het veranderlijke. Het werk Captives”BO4 verwijst naar het idee ‘onaf’ en ‘echt’.

DSC01638

‘In de lijn van Sloterdijks analyse benadrukt neurowetenschapper Israel Rosenfield soortgelijke, maar meer materiële (fysiologische/lichamelijke) kwaliteiten van het mens-zijn. Rosenfield bestudeert de werking van het brein en het geheugen. Hij benadrukt dat beiden zich evolutionair hebben ontwikkeld om het lichaam voort te bewegen. De wereld zoals we die kennen is een driedimensionale constructie van de ruimte die wordt ‘uitgevonden’ door ons brein en die we voortdurend met onze zintuigen aftasten. Dat idee vertoont veel gelijkenissen met Sloterdijks visie op de antropotechnische capaciteiten van de mens. De drang naar immuniteit en beweging en het herscheppen van de ruimte spelen ook voor Rosenfield een belangrijke rol om de werking van het brein en het geheugen te begrijpen. Volgens hem slaat ons geheugen niets op, maar creëert ons brein een dynamisch netwerk van verbintenissen die opgeroepen kunnen worden via triggers van buitenaf (situaties).’ 1

DSC01641

De gratis, uitgebreide expo toont kunstwerken op het scherp van de snee: een antieke sofa die op één poot balanceert (Balance from within – Jacob Tronski (US), hoofden die zijn vormgegeven op basis van gevonden DNA (Stranger Visions – Heather-Dewy-Hagborg (US), een sublieme ervaring in een licht- en klankinstallatie (Planescape – Wolfgang Bittner (AT) – Lyndsy Housdon (UK) – Yoko Seama (JP) – Jeroen Uyttendaele (BE), een stripverhaal over de geschiedenis van het DNA (Israel Rosenfield (US), Edward Ziff (US) & Borin van Loon (UK) … waarbij het zoeken naar een balans, het creëren van een ruimte en het lichaam centraal staan.

‘Vertrekkende van Rosenfields en Sloterdijks pleidooi voor verandering en aanpassing, stelt Artefact vragen bij het menselijk vermogen tot zelfoverstijging. Waar liggen de grenzen van de menselijke plasticiteit en hoe bewerkstelligen we een waarlijk nieuwe verhouding tot de buitenwereld? Gaat het hierbij in de eerste plaats om een zelf geïnitieerde verandering (Sloterdijk) of om externe omstandigheden (Rosenfield)?’ 2

‘In tegenstelling tot wat men zou verwachten, is You must change your life geen imperatief die aangeeft hoe je je leven moet veranderen. Het is een pleidooi voor de plastische mens. De mens die steeds moet veranderen om te overleven maar ook de mens die wil veranderen om zichzelf te overtreffen. Niets staat stil, alles is altijd in beweging en de mens beweegt mee.’ 3

  1. Artefactwebsite
  2. Artefactwebsite
  3. Artefactwebsite

Ash Wednesday – Overweging bij Aswoensdag – Laurence Freeman

Fr_Laurence_2

She had nothing special to complain about. Life had taught her some wisdom through her suffering and losses but she had also learned much from times of joy and ecstatic fulfillment. She carried no great burden of guilt or unusual handicap or affliction. Really there was no reason for her to be feeling this gnawing sense of something more. She wasn’t even sure whether this sense was a type of desire or of sadness – something she wanted or regretted that she didn’t have. Perhaps there was even the strange feeling that we often have with deep desire – that we wouldn’t be yearning for it if we hadn’t already been touched by it and possessed it in some way.

We are a conundrum to ourselves and the only way to solve it, to resolve it is to accept it: to enter into the sense of absurdity in order to find meaning and into the sense of absence to find what is present to us.

This feeling is unsettling, disturbing. It questions our superficial understanding of happiness and meaning. We often wish we could be free of this unquenchable thirst. Yet it is one of our greatest gifts and a strong reassurance that our humanity is still developing. Lent is a time to locate and identify this hunger for God, wholeness and fullness of being. And then to value it for what it is.

When she learned to recognise it for what it was she was ready to begin to meditate – again.

Laurence Freeman

Ze had over niets bijzonders te klagen. Het leven had haar wat wijsheid bijgebracht door lijden en verliezen, maar ze had ook veel geleerd van tijden van vreugde en extatische vervulling. Ze droeg geen juk van schuld, ongewone handicap of aandoening. Eigenlijk was er geen reden voor dit knagende gevoel van iets meer. Ze was niet eens zeker of dit gevoel een soort van verlangen of verdriet was – iets wat ze wilde of betreurde niet te hebben. Misschien was er zelfs het vreemde gevoel dat we vaak hebben met diep verlangen –  dat we het niet zouden hebben als we er al niet een keer door geraakt zouden zijn of het op een bepaalde manier zouden bezitten.

We zijn een raadsel voor onszelf en de enige manier om het op te lossen, te ontraadselen, is om het te accepteren: binnengaan in het zinloze om zin te vinden en in de afwezigheid om te vinden wat aanwezig voor ons is.

Dit gevoel is verontrustend, storend. Het bevraagt ons oppervlakkig begrip van geluk en zin. Wij wensen vaak dat we vrij konden zijn van deze onlesbare dorst. Toch is het een van onze grootste geschenken en een sterke geruststelling dat onze menselijkheid nog in ontwikkeling is. Vasten is een tijd om deze honger naar God, naar heelheid en volheid van zijn, te lokaliseren en te identificeren. En die dan te waarderen voor wat die is.

Toen ze geleerd had om die honger te herkennen voor wat die was, was ze klaar om opnieuw te mediteren.

Laurence Freeman

foto: http://www.christian-meditation.org.uk
tekst: http://www.christmed.be / vertaling BK

Rilke on What It Really Means to Love | Brain Pickings

DSC00105

” Auch zu lieben ist gut: denn Liebe ist schwer. Liebhaben von Mensch zu Mensch: das ist vielleicht das Schwerste, was uns aufgegeben ist, das Äußerste, die letzte Probe und Prüfung, die Arbeit, für die alle andere Arbeit nur Vorbereitung ist.[…] Das Aufgehen und das Hingeben und alle Art der Gemeinsamkeit ist nicht für sie (die noch lange, lange sparen und sammeln müssen), ist das Endliche, ist vielleicht das, wofür Menschenleben jetzt noch kaum ausreichen.” – R.M. Rilke

Das Aufgehen und das Hingeben … merging and surrendering, het opgaan in en de overgave, nog niet voor jou mijn jonge vriend. Communio is pas voor het einde, is misschien wel dat waarvoor zelfs een mensenleven niet volstaat.

Met dank aan Maria Popova voor deze prachtige Brain Picking:

[…] geen enkele definitie van liefde stelt de lichtende poëtische precisie van Rainer Maria Rilke in de schaduw in deze passage uit de klassieker ‘Brieven aan een jonge dichter’ – zijn correspondentie met de 19-jarige kadet-officier en ontluikende dichter Franz Xaver Kappus. In de zevende brief aan zijn jonge vriend, geschreven in mei 1904 […], overweegt Rilke de ware betekenis van liefde en de bijzondere zegeningen en lasten van jeugdige liefde:

“To love is good, too: love being difficult. For one human being to love another: that is perhaps the most difficult of all our tasks, the ultimate, the last test and proof, the work for which all other work is but preparation. For this reason young people, who are beginners in everything, cannot yet know love: they have to learn it. With their whole being, with all their forces, gathered close about their lonely, timid, upward-beating heart, they must learn to love. But learning-time is always a long, secluded time, and so loving, for a long while ahead and far on into life, is — solitude, intensified and deepened loneness for him who loves. Love is at first not anything that means merging, giving over, and uniting with another (for what would a union be of something unclarified and unfinished, still subordinate — ?), it is a high inducement to the individual to ripen, to become something in himself, to become world, to become world for himself for another’s sake, it is a great exacting claim upon him, something that chooses him out and calls him to vast things. Only in this sense, as the task of working at themselves (“to hearken and to hammer day and night”), might young people use the love that is given them. Merging and surrendering and every kind of communion is not for them (who must save and gather for a long, long time still), is the ultimate, is perhaps that for which human lives as yet scarcely suffice.”

[bron: Rilke on What It Really Means to Love | Brain Pickings.]

Love – Human Feelings as Drugs | Valerio Loi | Watou 2013

Human feelings as Drugs - Valerio Loi

Valerio Loi

Born 1986, Cagliari, Italy

Lives and works between London and Cagliari

BA in Photography and Digital Imaging (University of West London)

VALERIO LOI – PHOTOGRAPHER

Jawoord, maar dan niet te luid | t,arsenaal & LAZARUS | Mechelen ****

Jawoord-600

Ingmar Bergman schreef Scènes uit een huwelijk (1972) voor een Zweedse TV-reeks die in de lente van 1973 uitkwam en een immens succes kende. Toen het verhaal ging dat de serie oorzaak werd van de stijging van het aantal echtscheidingen in Zweden, kreeg ze ook internationale weerklank. Pieter Genard en Lotte Heijtenis schrijven hetzelfde stuk opnieuw. Jawoord, maar dan niet te luid is een coproductie van t, arsenaal met LAZARUS.

Scènes uit het leven van een academisch koppel. Zij doctorandus sociologische antropologie, hij doctorandus Letteren.  De man, gefaalde academicus, film- en theaterregisseur, heeft last van procrastinatie, wordt verliefd op één van zijn actrices en wil voor een tijd met haar naar Parijs. De vrouw heeft kort na hun scheiding een affaire met zijn stiefbroer Matthias. Later trekt ze als coördinator voor een ngo naar Chili waar ze haar nieuwe partner Roman ontmoet. Man en vrouw blijven elkaar ontmoeten. Het wordt een roetsjbaan van wederzijds aantrekken en weer afstoten, van intellectualistisch rationaliseren en analyseren naar fysiek handgemeen worden en vechten. Het verhaal is circulair. Het begint bij de laatste scène. De toeschouwer wordt vervolgens via flashbacks teruggevoerd naar het begin en het daarop volgende verdere verloop van de relatie. In de laatste scène is een dubbel huwelijk op handen..

Ja  maar neen

Lotte Heijtenis en Pieter Genard brengen een lichtvoetige relatiekomedie. Ernstig wordt het wanneer het overspel wordt opgebiecht en het afscheid nabij is. De worsteling om de  liefde wordt fysiek. Het publiek wordt muisstil. Het dramatische hoogtepunt van het volgehouden uitdagende seksuele kat-en-muisspel wordt een sarcastische woordentwist en uiteindelijk een verwoestende vechtpartij, wanneer de vrouw de man bezoekt en hem de notarisdocumenten ter ondertekening voorlegt. De laatste vreselijke stuiptrekking van een falende relatie. In de laatste-eerste scène, het koppel bevindt zich opnieuw in het gemeenschappelijke appartement, is de rust teruggekeerd en maken beiden zich klaar voor een trouw-partij maar niet met elkaar, of toch wel? In dit intiem moment wordt een wit konijn uit de hoed getoverd: neen zeggen aan wie je een jawoord geeft. De liefde, geen sinecure.

Lotte en Pieter, die elkaar al kenden voor ze theatercollega’s werden, zitten als gegoten in hun rollen. Lottes vrouwelijke gekwetstheid, haar wil om te behagen, haar opvlammende temperament dat voor geen woord of gebaar verlegen zit. Mooi echt en fel acteerwerk. Pieters laconieke replieken, zijn getimede mimiek, zijn terzijdes. Prachtig.

Theater- en filmtechnische weetjes

Midden op het podium hangen open keuken- en garderobekastblokken, de tafel een omgekeerde opbergkrat. De setting van hun appartement. Op de vloer een (duur?) tapijt, half opgerold. Rechts een rode lamp boven een plooibaar logeerbed, zijn overspelige theaterwerkplek. Alle decorelementen lijken naar voorlopigheid te wijzen, naar weggaan, en toch ook weer niet. Een bij elkaar gerommeld allegaartje. De kostuums veranderen van zelfgebreide wollen truien afgestemd op elkaar, naar sexy mini-jurkjes die om aandacht bedelen, naar het in hemd en jogging staan, naar  huwelijksjurk en  –jacket. Een betekenisvolle evolutie. Bij het einde van elke scène flitst een rij grote spots achter op het podium aan. De toeschouwer ziet de acteurs in een verblindend tegenlicht. Hij krijgt een korte theatertechnische uitleg. Het pientere publiek vat de geestige ‘éducation permanente’.

Jawoord, maar niet te luid, is een tragikomische bewerking van Bergmans Scènes uit een huwelijksleven. Het intellectualistische gehakketak dat effect ressorteert door de prima timing van de replieken. De onzekerheid en het verlies van identiteit bij het falen van de relatie. Het misverstand door gebrek aan communicatie. De wisselingen van tederheid en wreedheid. De hang om te behagen verbeeld in een trage fysieke worsteling.  Het stuk confronteert ons met een rauw-realistische maar ook vertederend-intieme zoektocht naar de maakbaarheid van een  relatie in een permissieve samenleving. In een wereld zonder God is de mens volledig teruggeworpen op zichzelf als schepper van zijn huwelijksgeluk. In den beginne was het woord. En het woord was ja. 

Meer info over het stuk en de speeldata vindt u hier.

%d bloggers liken dit: