Nog ééntje uit de ketting van toegestuurde gedichten en wel van mijn favoriete dichter Herman De Coninck:

Midden in de vlakte van juli kwam ik je tegen. Ik woon hier, zei je. Ik keek naar de bloemen. Ja, dat zie ik, zei ik, en waar leerde je de kunst om niet lang te duren? Ook hier, zei je. Je was lenig; en je woorden waren zo doorschijnend, ik kon je er helemaal door zien. En daar lag ik al in het gras en wat hield ik in mijn hand? Een oortje, waarin ik het lange woord ‘lieveling’ uitgoot, zonder morsen. Herman De Coninck Uit “De lenige liefde”