Terwijl de eerste sneeuw zondagmiddag de kerststemming inluidde, verzamelde zich in de Pieter de Somer-aula in Leuven een menigte die kwam genieten van het concert ‘Symfonische dans’ door het LAO of het Leuvens Academisch Orkest.

Nieuwsanker Wim De Vilder presenteerde. Het concert werd op gang getrokken met een werk van de Deen Carl Nielsen (1865-1931) Suite uit Aladdin op. 34. Het LAO voerde de luisteraars van een oriëntaalse feestmars naar Aladdins dromerige dans door de ochtendnevel en van de rumoerige markt van Isphahan naar een Afrikaanse dans. De suite Aladdin, die in Nielsens’ tijd van meet af aan veel succes kende, dompelt de luisteraar onder in magische en steeds wisselende sferen. Bijzonder is De markt in Isphahan (huidige Teheran), waar vier instrumentengroepen als aparte orkesten door elkaar spelen en zo een struinen langs verschillende kramen in een chaotische en bonte bazaar uitbeelden.
Wie de voorbije weken de programmareeks ‘Thomas speelt het hard’ volgde waarin tv-presentator Thomas Vanderveken de uitdaging aanging om het Pianoconcerto in a op.16 van Edvard Grieg (1843-1907) in te studeren en te vertolken terwijl hij gaandeweg de raad van de beste pianoleermeesters inwon, die mocht in dit concert de virtuositeit van één van die meesters, Liebrecht Van Beckevoort, proeven in de uitvoering van datzelfde concerto.

Grandioos, onbeschrijfelijk mooi, uniek was het, het LAO onder leiding van dirigent Hans Casteleyn met als solist Liebrecht Van Beckevoort aan de piano. Er ontstond een absolute topervaring van muzikale emotie en begeestering bij de luisteraar.
Na de pauze kwamen de Symfonische dansen op. 45 van Sergej Rachmaninov (1873-1943) aanvankelijk ‘non allegro’ en in een tweede deel romantisch duister over met in het laatste derde deel een weemoedige Dies Irae-verwijzing tussen twee levendige opflakkeringen, eindigend weliswaar in een triomfantelijk Russisch-orthodox Alleluia. De componist schreef het werk in 1940 als een ballet voor de choreograaf Fokin. Maar Fokin overlees in 1942, nog voor hij de choreografie had kunnen maken. De muziek is dan een eigen leven gaan leiden als een symfonie. Ze bestaat uit drie delen die met het oog op de choreografie de titels Middag, Avond, Middernacht meekregen oftewel jeugd, volwassenheid, ouderdom. Later schrapte Rachmaninov die titels. Men kan zich afvragen of de componist voorvoelde dat de Symfonische dansen zijn laatste werk zouden worden. Als het werk af was zei hij: “Ik weet niet hoe ik het voor elkaar heb gekregen, het moet een laatste opflakkering geweest zijn.”
Meer info: www.liebrechtvanbeckevoort.be en www.lao.be